Van de Laar-Iveco met de wielen los op duin
De elfde etappe van de Dakar Rally 2022 was een “echte, dikke, vette etappe zoals een Dakar-etappe hoort te zijn”, volgens Jan van de Laar. Hij had het als navigator op deze voorlaatste dag gemakkelijk dan broer Ben, die het stuur van de Iveco in handen had. Het team kwam met de vijftiende tijd aan de finish, maar liet onderweg veel tijd liggen.
De wedstrijdleiding had vooraf gewaarschuwd: dit wordt een serieuze proef. Helemaal waar, bevestigde Jan van de Laar. “Grote, steile en zware duinen van level 3, maar ook de wadi’s (droge rivierbeddingen) en waren echt zwaar en slecht. En dan waren er ook nog bulten kamelengras. Maar zo moet het wel zijn, dit is de Dakar.”
Op één van die hoge, steile duinen kwam de équipe van Fried van de Laar Racing net verkeerd uit. “Dat was jammer. We landden precies bovenop het duin, met de voor- en achterwielen los in de lucht. We moesten de top van het duin onder de truck weggraven om de wielen weer op de grond te krijgen. We hebben zeker een half uur staan graven”, schatte Jan. Waarschijnlijk was het meer, want bij doorkomst bij het volgende meetpunt had het team bijna een uur achterstand.
Het werd helemaal ‘jammer’ toen ze in het tweede deel van de 346 kilometer lange proef een naaste concurrent in het klassement, Vaidotas Paskevicius, aan zijn Tatra zagen sleutelen. “Dan denk je natuurlijk ‘als we niet hadden vastgestaan, hadden we een plaats gewonnen’, maar ‘als’ telt niet. Hij heeft alleen net niet lang genoeg stil gestaan.” De Litouwer staat nog 20 minuutjes voor Van de Laar in het klassement.
Wellicht biedt de laatste etappe, eentje van 164 kilometer, nog een mogelijkheid. Van de Laar verwacht dat de wedstrijdleiding nog wel iets in petto heeft voor het slotakkoord. “We hebben technisch gezien een perfecte Dakar gehad.
Een lekke leiding in de proloog, die 3 minuutjes heeft gekost. Drie keer eruit geweest voor een lekke band. Maar meer niet. Of we daarmee geluk hebben gehad, weet ik niet. We hebben in elk geval weinig pech gehad. Hopelijk houden we dat nog een dagje zo, dan kunnen we morgen de medaille ophalen.”